Een blog over Kenia is geen blog over Kenia als er niet ook een verhaaltje over matatus op staat. Matatus zijn minibusjes waar iedereen eigenlijk een hekel aan heeft, maar die toch door iedereen worden gebruikt. Ze zijn vervuilend en lawaaierig, zitten altijd veel te vol en veroorzaken overal verkeersopstoppingen omdat de chauffeurs proberen zich overal tussen te wurmen, ook als dat niet kan. Bovendien zijn ze levensgevaarlijk, zowel voor de inzittenden als voor de medeweggebruikers, want als chauffeurs van matatus niet bezig zijn zich met hun busjes ergens tussen te wurmen, zijn ze bezig met het vertonen van roekeloos rijgedrag. Maar ja, ze vormen nu eenmaal de meest voorkomende en goedkoopste vorm van openbaar vervoer in Nairobi en dus gebruikt iedereen ze.
Kort geleden sprak ik met taxichauffeur Simon die tot een half jaar geleden matatuchauffeur was: “Ik ben ermee gekapt,” zei hij, “toen ik voor de derde keer een pistool tegen mijn kop kreeg. Ik hoorde achter mij in de bus iemand heel hard boven de muziek uit schreeuwen en toen wist ik al weer hoe laat was. Een kaping, de tweede in een maand. Ik moest de stad uitrijden en daar werden we er allemaal uitgetrapt. Ze hebben alles afgepakt. Weg matatu, weg geld.”
We zeiden allebei even niets.
“Diezelfde maand is een van mijn vrienden gekaapt. Hij is teruggevonden met een doorgesneden keel, helemaal naakt. Hij was nog niet eens dood toen hij gevonden werd, pas een paar uur later is hij in het ziekenhuis de pijp uitgegaan.”
Of het waar is weet ik niet, maar vanaf volgend jaar schijnen matatus te worden verboden. Sommige mensen vinden dat jammer omdat het einde betekent van een tijdperk. Simon ziet ze liever vandaag dan morgen verdwijnen. “Behalve alle criminaliteit, zou het een hoop irritatie in het verkeer schelen. De hele stad zal op een goede manier veranderen. Dat weet ik zeker.” Toen hij me die avond bij mijn appartement afzette, had Simon in totaal veertien keer het woord fucking gezegd. En dat vond ik, gezien de inhoud van zijn verhaal, eigenlijk helemaal niet zo veel.
Indrukwekkend hoor, het lijkt Johannesburg wel!
BeantwoordenVerwijderen